Bloeikalender overzicht: voorjaarsbloeiers in maart

Timo van Loon

Bloeikalender overzicht: voorjaarsbloeiers in maart

Je leest dit artikel in 7 minuten

De winterjas mag steeds vaker aan de kapstok blijven hangen. Je voelt het aan de lucht, je ziet het aan het lengen van de dagen: de lente is in aantocht. Maart is dé maand waarin de natuur voorzichtig ontwaakt uit haar winterslaap. Overal om je heen verschijnen de eerste dappere kleuraccenten. Het is een tijd vol belofte, een periode waarin je tuin of balkon langzaam transformeert van een ingetogen palet naar een levendig schilderij. Deze maand staat centraal in de bloeikalender als het startschot voor een nieuw tuinseizoen. Laten we samen ontdekken welke voorjaarsbloeiers jouw buitenruimte in maart kunnen opfleuren.

Maart: een maand vol belofte

Na de grijze en vaak koude wintermaanden brengt maart een welkome verandering. Het is een overgangsmaand; de grilligheid van het weer hoort erbij, met soms nog een koude nacht of een late winterprik. Maar tegelijkertijd wint de zon aan kracht. Die eerste warme zonnestralen op je huid voelen heerlijk. Ze wekken niet alleen ons, maar ook de plantenwereld. Onder de grond zijn bollen al maanden bezig met hun voorbereiding. Nu, in maart, is het moment aangebroken dat ze hun schoonheid tonen. Het is een periode van pril geluk, van kleine wonderen die zich ontvouwen in borders, potten en zelfs in het gazon.

De eerste kleurbrengers: welke bloemen bloeien in maart?

Maart trakteert ons op een verrassend divers aanbod aan vroege bloeiers. Het zijn vaak de kleinere, meer bescheiden planten die de spits afbijten. Maar laat je niet misleiden door hun formaat; hun impact is groots. Ze brengen leven en kleur op plekken die de afgelopen maanden kaal waren. Hieronder vind je een overzicht van enkele karakteristieke voorjaarsbloeiers die je in maart kunt bewonderen.

De vrolijke krokus (Crocus)

Wie maart zegt, zegt krokus. Deze kleine knolgewasjes zijn ware kampioenen in het aankondigen van de lente. Je ziet ze in allerlei kleuren: stralend wit, zonnig geel, dieppaars en soms zelfs gestreept. Krokussen zijn echte zonneaanbidders. Zodra de zon schijnt, openen ze hun kelkjes wijd; bij bewolkt weer of ’s avonds sluiten ze zich weer. Ze doen het geweldig in borders, rotstuinen, onder bladverliezende heesters en zelfs in het gazon. Voor een natuurlijk effect strooi je de knolletjes nonchalant uit en plant je ze waar ze neerkomen. Krokussen planten doe je in het najaar, zodat ze in het vroege voorjaar hun kleurrijke show geven.

  • Standplaats: Volle zon tot lichte schaduw.
  • Grondsoort: Goed doorlatende grond, niet te nat in de winter.
  • Tip: Kies voor botanische krokussen (bijvoorbeeld Crocus tommasinianus) als je wilt dat ze zich gemakkelijk vermeerderen en verwilderen.

Bloeikalender overzicht: voorjaarsbloeiers in maartSneeuwklokjes (Galanthus nivalis): dapper door de kou

Hoewel sneeuwklokjes vaak al in februari hun opwachting maken, bloeien ze vaak door tot in maart. Deze elegante, witte bloemetjes met hun kenmerkende groene tekening op de binnenste bloemblaadjes, lijken fragiel maar zijn verrassend sterk. Ze doorstaan kou en zelfs een laagje sneeuw. Sneeuwklokjes symboliseren hoop en een nieuw begin. Ze voelen zich het meest thuis op een plek in de halfschaduw, bijvoorbeeld onder loofbomen of heesters. Daar vormen ze na verloop van tijd dichte tapijten. Sneeuwklokjes in de tuin zijn een prachtig gezicht, vooral als de ochtendzon door de nog kale takken op de witte bloempjes valt.

  • Standplaats: Halfschaduw tot schaduw.
  • Grondsoort: Humusrijke, vochthoudende maar goed doorlatende grond.
  • Tip: Plant sneeuwklokjes ‘in the green’, oftewel direct na de bloei met het loof er nog aan. Dit geeft vaak betere resultaten dan het planten van droge bolletjes in het najaar.

VIDEO: Lentebollen in lagen leggen voor een langdurige weergave (lasagneplanten)

Interessante links

Bekijk deze interessante artikelen die we hebben uitgekozen over Bloeikalender overzicht: voorjaarsbloeiers in maart.

Winterakoniet (Eranthis hyemalis): kleine zonnetjes

Net als sneeuwklokjes pieken winterakonieten vaak al iets eerder, maar hun bloei loopt dikwijls door tot in maart. Deze laagblijvende plantjes vallen op door hun heldergele, boterbloemachtige bloemen die omringd zijn door een krans van groene schutbladeren. Ze lijken wel kleine zonnetjes op de grond. Winterakonieten zijn ideaal om te laten verwilderen onder bomen en struiken. Ze combineren prachtig met sneeuwklokjes en vroege krokussen. Net als sneeuwklokjes hebben ze een voorkeur voor een humusrijke, vochthoudende bodem in de halfschaduw.

  • Standplaats: Halfschaduw.
  • Grondsoort: Vochthoudende, humusrijke grond.
  • Tip: Winterakonieten kunnen soms wat lastig aanslaan. Plant ze in groepjes voor het beste effect en laat ze na de bloei ongestoord verwilderen.

Vroege narcissen (Narcissus): trompetgeschal voor de lente

Terwijl de meeste narcissen wachten tot april, zijn er enkele soorten die al in maart hun trompetten laten schallen. Denk hierbij aan kleinbloemige soorten zoals ‘Tête-à-Tête’ of ‘February Gold’. Deze vroege narcissen brengen direct een flinke dosis vrolijkheid in de tuin. Met hun heldergele kleur zijn ze niet te missen. Ze doen het goed in borders, potten en bakken. Net als de meeste bolgewassen houden ze van een zonnige plek en goed doorlatende grond. Het planten van deze vroege narcissen soorten voor maart gebeurt, zoals bij de meeste voorjaarsbollen, in de herfst.

  • Standplaats: Volle zon tot lichte schaduw.
  • Grondsoort: Goed doorlatende, voedzame grond.
  • Tip: Combineer vroege narcissen met blauwe druifjes (Muscari) voor een klassieke lentecombinatie.

Sterhyacint (Scilla siberica): intens blauw

De Siberische sterhyacint, of kortweg Scilla, is een klein bolgewasje dat opvalt door zijn intense, kobaltblauwe bloemen. De knikkende bloemtrosjes verschijnen in maart en vormen snel een blauw tapijt. Scilla is zeer geschikt voor verwildering onder bladverliezende heesters of in een gazon dat pas later in het voorjaar gemaaid wordt. De plant zaait zich makkelijk uit en vermeerdert zich ook via broedbolletjes. Een prachtig gezicht, vooral in grote groepen.

  • Standplaats: Zon tot halfschaduw.
  • Grondsoort: Goed doorlatende, normale tuingrond.
  • Tip: Er bestaat ook een witte variant, Scilla siberica ‘Alba’, die mooi contrasteert met de blauwe soort.

Sneeuwroem (Chionodoxa): sterretjes in het gras

Sneeuwroem lijkt wel wat op Scilla, maar de bloemen staan meer rechtop en kijken je als het ware aan. Ze hebben meestal een wit hartje, wat een mooi contrast geeft met de blauwe, roze of witte bloemblaadjes. Chionodoxa luciliae (Grote sneeuwroem) is de bekendste soort. Deze plantjes zijn perfect voor verwildering in gras of onder struiken. Ze bloeien rijkelijk in maart en vragen weinig onderhoud. Net als Scilla, vormen ze na een paar jaar een kleurrijk tapijt.

  • Standplaats: Zon tot lichte schaduw.
  • Grondsoort: Goed doorlatende grond.
  • Tip: Plant sneeuwroem samen met vroege krokussen voor een speels effect in het gazon.

Oosterse nieskruid (Helleborus orientalis): winterharde schoonheid

Hoewel technisch gezien geen bolgewas, mag de Helleborus orientalis (ook wel Lenteroos genoemd) niet ontbreken in dit overzicht van maartbloeiers. Deze vaste plant begint vaak al in de winter te bloeien, maar beleeft zijn hoogtepunt in februari en maart. De grote, knikkende bloemen verschijnen in talloze kleuren, van wit en groen tot roze, paars en bijna zwart, vaak met prachtige spikkels of aders. Helleborus is een langlevende plant die het goed doet in de (half)schaduw en jarenlang voor kleur zorgt in de vroege lente. Helleborus verzorging is relatief eenvoudig: zorg voor humusrijke, kalkhoudende en goed doorlatende grond.

  • Standplaats: Halfschaduw tot schaduw.
  • Grondsoort: Humusrijke, vochthoudende maar goed doorlatende, kalkhoudende grond.
  • Tip: Verwijder in het late najaar of vroege winter het oude blad om de bloemen beter zichtbaar te maken en bladvlekkenziekte te voorkomen.

Botanische tulpen (Tulipa species): de wilde voorouders

Terwijl de grote, opvallende tulpen vaak pas in april en mei bloeien, zijn er diverse botanische of wilde tulpen die al in maart hun kopjes laten zien. Dit zijn vaak kleinere, meer natuurlijke ogende tulpen zoals Tulipa turkestanica (wit met geel hart) of Tulipa humilis (roze/paars). Ze zijn over het algemeen sterker dan de gekweekte hybriden en komen beter terug ieder jaar. Ze zijn ideaal voor rotstuinen, borders of potten op een zonnige, beschutte plek.

  • Standplaats: Volle zon.
  • Grondsoort: Zeer goed doorlatende grond, liefst wat zanderig of steenachtig.
  • Tip: Geef botanische tulpen een warme, droge plek in de zomer nadat het loof is afgestorven. Dit bevordert de bloei voor het volgende jaar.

Jouw tuin in maart: tips voor een kleurrijk begin

Wil je volgend jaar ook genieten van deze vroege voorjaarsbloeiers? Dan is het belangrijk om nu alvast te kijken waar je ze zou willen planten. De meeste voorjaarsbloeiende bollen en knollen plant je namelijk in het najaar, van september tot december, voordat de vorst in de grond zit.

De juiste plek kiezen

Observeer je tuin in maart. Waar valt de vroege voorjaarszon? Welke plekken kunnen wel wat kleur gebruiken? Houd rekening met de voorkeuren van de planten. Krokussen en vroege narcissen willen veel zon, terwijl sneeuwklokjes, winterakonieten en Helleborus het beter doen in de (half)schaduw.

Planten in het najaar: de basis voor succes

Zodra de bollen in het tuincentrum verschijnen (meestal eind augustus/begin september), kun je jouw favorieten uitkiezen. Plant ze op de juiste diepte (meestal 2 tot 3 keer de hoogte van de bol) en met de punt omhoog. Zorg voor goed doorlatende grond om te voorkomen dat de bollen wegrotten in natte winters.

Combineren voor maximaal effect

Combineer verschillende soorten voorjaarsbloeiers voor een langere bloeiperiode en een afwisselend beeld. Plant bijvoorbeeld krokussen tussen de sneeuwklokjes, of zet vroege narcissen samen met blauwe sterhyacinten. Denk ook aan hoogteverschillen: laagblijvers zoals Scilla en Chionodoxa doen het goed aan de voet van hogere planten zoals Helleborus of vroege narcissen.

Verzorging na de bloei

Laat na de bloei het blad van de bolgewassen volledig afsterven. Het blad verzamelt energie voor de bol, wat zorgt voor een goede bloei volgend jaar. Verwijder het pas als het geel en verdord is. Bij Helleborus kun je na de bloei eventueel de uitgebloeide bloemstengels wegknippen, tenzij je zaad wilt winnen.

Genieten van de vroege lente

Maar bovenal: neem de tijd om te genieten van deze eerste bloemenpracht. Ga naar buiten, kijk goed naar de delicate details van een sneeuwklokje, de heldere kleur van een krokus of de bijzondere tekening in een Helleborus-bloem. Deze vroege bloeiers zijn een geschenk van de natuur, een teken dat de donkere dagen voorbij zijn en een nieuw seizoen vol leven en kleur is begonnen. Ze nodigen je uit om even stil te staan en de schoonheid van het ontluikende voorjaar in je op te nemen.

Veelgestelde vragen over voorjaarsbloeiers in maart

Wanneer moet ik bollen planten die in maart bloeien?

De meeste voorjaarsbloeiende bollen en knollen, zoals krokussen, narcissen, Scilla en Chionodoxa, plant je in het najaar. De ideale periode is van september tot en met november, voordat de grond bevriest.

Kunnen deze vroege voorjaarsbloeiers ook in potten groeien?

Ja, veel van deze bloeiers doen het uitstekend in potten en bakken. Zorg wel voor potten met drainagegaten en gebruik goed doorlatende potgrond. Vooral krokussen, vroege narcissen, Scilla en botanische tulpen zijn erg geschikt voor potten.

Komen deze planten elk jaar terug?

De meeste genoemde bol- en knolgewassen zijn meerjarig en komen jaarlijks terug als ze op de juiste plek staan en de omstandigheden goed zijn. Soorten als sneeuwklokjes, krokussen, Scilla en Chionodoxa verwilderen vaak goed. Helleborus is een vaste plant die jarenlang meegaat en steeds groter wordt.

Welke bloemen bloeien er ná maart?

Na maart barst het voorjaar pas echt los. Dan volgen de latere narcissen, de meeste tulpen, hyacinten, blauwe druifjes (Muscari), anemonen en de eerste vaste planten zoals longkruid (Pulmonaria) en vergeet-mij-nietjes (Myosotis).

Geef een reactie